De recente COP30-klimaattop in Belém, Brazilië, eindigde met bekende frustraties: onvervulde doelstellingen, vertraagde financiering en verwaterde verplichtingen. Hoewel internationale toezeggingen essentieel blijven, vindt betekenisvolle klimaatactie steeds vaker plaats buiten het formele VN-kader, gedreven door coalities, markten en gerichte initiatieven. Ondanks het trage tempo van mondiale overeenkomsten is er aanzienlijke vooruitgang gaande op het gebied van de koolstofmarkten, het behoud van regenwouden en op de oceaan gebaseerde oplossingen.
Nieuwe koolstofmarkten voor opkomende economieën
Een van de meest veelbelovende ontwikkelingen is de opkomst van gereguleerde koolstofmarkten die bedoeld zijn om emissiereducties te stimuleren. Het kernidee is simpel: bedrijven die de emissiereductiedoelstellingen overschrijden, kunnen kredieten verkopen aan degenen die moeite hebben om hun doelstellingen te bereiken, waardoor de decarbonisatie wordt versneld. De zorgen over ‘greenwashing’ – waarbij bedrijven ten onrechte klimaatneutraliteit claimen – blijven echter een groot obstakel.
Om dit aan te pakken heeft Brazilië op de COP30 de Open Coalition on Compliance Carbon Markets gelanceerd, samen met 18 landen, waaronder de EU, China en het Verenigd Koninkrijk. Deze coalitie heeft tot doel de CO2-boekhouding te standaardiseren, transparantie te garanderen en frauduleuze claims te voorkomen. Experts zijn van mening dat deelname van grote uitstoters als Indonesië en India van cruciaal belang is, omdat deze landen het grootste deel van de toekomstige emissies voor hun rekening zullen nemen. Voor opkomende economieën, zoals Mozambique, kunnen nalevingsmarkten groene industrieën – zoals de productie van aluminium uit waterkracht – economisch concurrerend maken, omdat koolstofintensieve import met hogere belastingen te maken krijgt.
Financiering van herstel van tropisch regenwoud
Bossen waren een opmerkelijke omissie in het definitieve akkoord van de COP30, ondanks de locatie van de top in het Amazonegebied. Dit benadrukt een groeiende kloof tussen internationale onderhandelingen en inspanningen voor natuurbehoud ter plaatse. De Tropical Forests Forever Facility (TFFF), gesteund door Brazilië en de Wereldbank, biedt een nieuw financieringsmodel. In tegenstelling tot traditionele klimaatfondsen die afhankelijk zijn van donaties, is TFFF een schenking die landen beloont voor het behoud van bossen door middel van investeringsopbrengsten.
Hoewel het initiatief brede steun kreeg, bedragen de aanvankelijke toezeggingen slechts 6,6 miljard dollar, tegenover een doel van 25 miljard dollar, waarbij enige bezorgdheid bestaat dat inheemse groepen in de financiële structuur worden omzeild. Frankrijk heeft ook 2,5 miljard dollar toegezegd over een periode van vijf jaar om het regenwoud in het Congobekken te beschermen, en 1,8 miljard dollar is toegezegd om inheemse landrechten te ondersteunen – in het besef dat door lokale gemeenschappen beheerde bossen minder ontbossingspercentages kennen.
Opkomend tij van op de oceaan gebaseerde klimaatoplossingen
Op de oceaan gebaseerde oplossingen winnen steeds meer terrein als cruciaal voor klimaatactie, hoewel ze ondervertegenwoordigd waren in het definitieve akkoord van de COP30. Brazilië benoemde Marinez Scherer tot speciaal gezant voor de oceanen, die het ‘Blauwe Pakket’ onthulde – een plan om de bestaande oplossingen voor het oceaanklimaat tegen 2028 te versnellen, waaronder offshore windenergie, emissievrije scheepvaart en duurzame aquacultuur.
Brazilië en Frankrijk hebben gezamenlijk de Task Force on Oceans gelanceerd, waarbij op de oceaan gebaseerde oplossingen worden geïntegreerd in de nationale klimaatactieplannen (NDC’s). Zeventien landen sloten zich aan bij de ‘Blue NDC Challenge’ en beloofden oceaanoplossingen in hun bijgewerkte plannen op te nemen. Brazilië beloofde ook een duurzaam beheer van zijn 3,68 miljoen vierkante kilometer lange kustlijn tegen 2030.
Ondanks deze overwinningen benadrukt Scherer dat de energietransitie en klimaatfinanciering voor kwetsbare landen urgente prioriteiten blijven. Op de oceaan gebaseerde actie is klimaatactie, maar de uitdaging verschuift nu van planning naar implementatie.
Samenvattend : hoewel internationale klimaattoppen belangrijk blijven, hangt echte vooruitgang steeds meer af van vrijwillige coalities, marktgestuurde stimuleringsmaatregelen en gerichte initiatieven. Het momentum verschuift naar praktische oplossingen die naast – en soms onafhankelijk van – mondiale onderhandelingen opereren. De toekomst van klimaatactie ligt niet alleen in beloften, maar ook in tastbare resultaten.























